Hemel en Hel # 414

Од стране Емануел Сведенборг

Проучите овај одломак

  
/ 603  
  

414. Zij die in de hemel zijn, gaan aanhoudend vooruit naar de lente van hun leven en hoe meer eeuwen zij leven, des te heerlijker en gelukkiger is die lente, en zo voort tot in eeuwigheid, met toeneming al naar gelang van de vooruitgang en graden van hun liefde, naastenliefde en geloof. Vrouwen die in hun ouderdom afgeleefd gestorven zijn, maar geleefd hebben in geloof tot de Heer en liefde tot de naaste, en in gelukkige echtelijke liefde met een echtgenoot, komen na verloop van jaren meer en meer in de bloei van de jeugd en de maagdelijke leeftijd, en tot een schoonheid die elk ideaal van schoonheid, dat zich ooit aan ons oog zou kunnen vertonen, te boven gaat, en de bewondering wekt van hen die dat aanschouwen. Goedheid en naastenliefde is het, die haar eigen gelijkenis in haar vormt en voorstelt, en maakt dat de vreugde en de schoonheid van de naastenliefde uitblinkt in iedere lijn, zelfs in de geringste van het gelaat, zodat ze vormen van naastenliefde zelf worden. De gestalte van de werkende liefde is van dien aard, dat zij zich in de hemel levendig aan het oog voorstelt als de werkzame liefde zelf, die afbeeldt en afgebeeld wordt, en wel zo dat de gehele engel en voornamelijk het gelaat, als het ware naastenliefde is, die duidelijk te voorschijn treedt en ook gevoeld wordt. Deze gestalte, wanneer zij aanschouwd wordt, is onuitsprekelijke schoonheid die het innerlijkste leven van het gemoed met liefde overstroomt. In één woord, oud worden in de hemel is jong worden. Zij die in liefde tot de Heer en in naastenliefde hebben geleefd, worden in het andere leven zulke gestalten of zulke schoonheden. Alle engelen zijn zulke gestalten, met ontelbare verscheidenheden, en uit hen bestaat de hemel.

  
/ 603  
  

Thanks to the Swedenborg Boekhuis NL and Guus Janssens for their permission to use this translation.