123. Hoofdstuk 8. Over de Vroomheid.
Geloofd wordt door velen dat het geestelijk leven, of het leven dat tot de hemel leidt, bestaat in vroomheid, in een uitwendig heilige, en in de verzaking van de wereld. Maar een vroomheid zonder naastenliefde, en een uitwendig heilige zonder inwendig heilige, en een verzaking van de wereld zonder het leven in de wereld, maken niet het geestelijk leven, maar wel vroomheid vanuit de naastenliefde, het uitwendig heilige vanuit het inwendig heilige, en de verzaking van de wereld met het leven in de wereld, die maken vroomheid.