La Biblia

 

Joël 2:28

Estudio

       

28 En daarna zal het geschieden, dat Ik Mijn Geest zal uitgieten over alle vlees, en uw zonen en uw dochteren zullen profeteren; uw ouden zullen dromen dromen, uw jongelingen zullen gezichten zien;

La Biblia

 

I Koningen 8:36

Estudio

       

36 Hoor Gij dan in den hemel, en vergeef de zonde van Uw knechten en van Uw volk Israel, als Gij hun zult geleerd hebben den goeden weg in denwelken zij wandelen zullen; en geef regen op Uw land, dat Gij Uw volk tot een erfenis gegeven hebt.

De obras de Swedenborg

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #3023

Estudiar este pasaje

  
/ 10837  
  

3023. Dat de woorden ‘Ik zal u doen zweren bij Jehovah, de God des hemels en de God der aarde’ de allerheiligste verplichting tot het Goddelijke betekenen, dat in het hoogste is en in hetgeen daaruit voortkomt, blijkt uit de betekenis van ‘doen zweren’, namelijk door een eed verplichten, want doen zweren is niet anders dan de verplichting; en dit is allerheiligst, wanneer het geschiedt bij Jehovah, de God des hemels en de God der aarde, dat wil zeggen, tot het Goddelijke dat boven en dat beneden is, of wat hetzelfde is, tot het Goddelijke dat boven en dat in het hoogste is en in wat daaruit voortkomt. Jehovah, de God des hemels, is, omdat het van de Heer gezegd wordt, Jehovah Zelf, die Vader wordt genoemd, uit wie Hij ontvangen was, dus die Zijn Goddelijk Wezen was; want de ontvangenis zelf gaf het eigenlijke wezen zelf, waaruit Hij was; Jehovah, de God der aarde, is dan Jehovah, die Zoon genoemd wordt, dus Zijn Menselijk Wezen; het laatstgenoemde ontstond uit het eerstgenoemde, toen de Heer ook het laatstgenoemde, dus Zijn Menselijke Wezen, Goddelijk maakte. Zo wordt dus door Jehovah, de God des hemels, het Goddelijke aangeduid, dat in het hoogste is en door Jehovah, de God der aarde, het Goddelijke, dat in datgene is, wat daaruit voorkomt. De Heer wordt echter Jehovah, de God des hemels, genoemd, vanwege Zijn Goddelijke dat in de hemelen is; en God der aarde vanwege het Goddelijke dat op aarde is. Het Goddelijke in de hemelen is ook dat, wat bij de mens in zijn innerlijke dingen is, maar het Goddelijke op aarde is dat wat in zijn uiterlijke dingen is; want de innerlijke dingen van de mens zijn zijn hemel, omdat hij hierdoor met de engelen is verbonden; maar zijn uiterlijke dingen zijn zijn aarde, want hierdoor is hij met de mensen verbonden, nrs. 82, 913, 1411, 1733. Wanneer de mens is wederverwekt, vloeien de innerlijke dingen in de uiterlijke en zijn de uiterlijke dingen vanuit de innerlijke. Hieruit kan men weten ook weten, wat de innerlijke dingen van de Kerk zijn en wat de uiterlijke.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl