La Biblia

 

Genesis 50:13

Estudio

       

13 Want zijn zonen voerden hem in het land Kanaan, en begroeven hem in de spelonk des akkers van Machpela, welke Abraham met den akker gekocht had tot een erfbegrafenis van Efron, den Hethiet, tegenover Mamre.

De obras de Swedenborg

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #6541

Estudiar este pasaje

  
/ 10837  
  

6541. En de inwoner van het land, de Kanaäniet, zag de zware rouw in de dorsvloer van Atad; dat dit het opmerken van de smart betekent door het goede van de Kerk, staat vast uit de betekenis van zien, namelijk opmerken, nrs. 2150, 3764, 4723, 5400;

uit de betekenis van de inwoner, namelijk het goede, nrs. 2268, 2451, 2712, 3613;

uit de betekenis van het land, hier van dat van Kanaän, waar de inwoner, de Kanaäniet was, namelijk de Kerk, waarover de nrs. 1413, 1437, 1607, 1866, 3038, 3481, 3705;

uit de betekenis van de rouw, namelijk de smart, nrs. 6539, 6540;

en uit de betekenis van de dorsvloer van Atad, te weten de eerste staat, namelijk die van de inwijding, nrs. 6537, 6538. Daaruit blijkt dat met de inwoner van het land van Atad, het opmerken van de smart door het goede van de Kerk wordt aangeduid.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl