De obras de Swedenborg

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #5940

Estudiar este pasaje

  
/ 10837  
  

5940. En gaat, komt in het land Kanaän; dat dit hun woning betekent, namelijk van de ware dingen van de Kerk in het natuurlijke, staat vast uit de betekenis van het land Kanaän, namelijk daar waar de woning was van degenen die van de Kerk waren geweest, nrs. 3705, 3686, 4447, 4454, 4517, 5136, dus de woning van de ware dingen van de Kerk met het goede, omdat deze de Kerk samenstellen.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

De obras de Swedenborg

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #5402

Estudiar este pasaje

  
/ 10837  
  

5402. Dat er opbrengst in Egypte was; dat dit de gezindheid betekent om zich de ware dingen te verwerven door de wetenschappelijke dingen, die Egypte zijn, staat vast uit de betekenis van de opbrengst, namelijk de ware dingen van de Kerk of de ware dingen die van het geloof zijn; dat de overvloed van de opbrengst de vermenigvuldiging van het ware is, zie de nrs. 5276, 5280, 5292;

en uit de betekenis van Egypte, namelijk de wetenschappelijke dingen, waarover de nrs. 1164, 1165, 1186, 1462;

en dat het in de echte zin de wetenschappelijke dingen van de Kerk zijn, zie de nrs. 4749, 4964, 4966;

dat de gezindheid om zich die te verwerven, wordt aangeduid, ligt daarin opgesloten, zoals blijkt uit wat direct hierna volgt. Onder de wetenschappelijke dingen die van de Kerk zijn en die hier Egypte zijn, worden alle erkentenissen van het ware en het goede verstaan, voordat zij zijn verbonden met de innerlijke mens, of door de innerlijke mens met de hemel en dus zo door de hemel met de Heer; de leerstellige dingen van de Kerk en haar rituelen en ook de erkentenissen wat en hoe deze de geestelijke dingen uitbeelden en eendere dingen, zijn niets anders dan wetenschappelijke dingen, voordat de mens vanuit het Woord heeft gezien of zij waar zijn en die zich daaruit heeft toegeëigend. Er zijn twee wegen om de ware dingen die van het geloof zijn te verwerven, namelijk door de leerstellingen en door het Woord; wanneer de mens ze zich alleen verwerft door de leerstellige dingen, dan heeft hij geloof in degenen die deze dingen vanuit het Woord hebben geconcludeerd en hij bevestigt bij zichzelf dat zij waar zijn omdat anderen het zo hebben gezegd; dus gelooft hij die zaken niet vanuit zijn eigen geloof, maar vanuit dat van anderen; maar wanneer hij zich die dingen vanuit het Woord verwerft en vandaar bij zichzelf bevestigt dat zij waar zijn, dan gelooft hij ze omdat ze vanuit het Goddelijke zijn, dus vanuit het geloof uit het Goddelijke. Eenieder die binnen de Kerk is, verwerft zich eerst de ware dingen die van het geloof zijn, vanuit de leerstellingen en hij moet zich die eveneens daaruit verwerven, omdat hij nog niet over zo’n oordeel beschikt om die zelf vanuit het Woord te kunnen zien, maar dan zijn die ware dingen voor hem niet iets anders dan wetenschappelijke dingen; maar zij blijven, wanneer hij die vanuit zijn eigen oordeel kan bezien, indien hij dan niet het Woord raadpleegt ten einde daaruit te zien of ze waar zijn, bij hem als wetenschappelijke dingen; maar indien hij dan het Woord raadpleegt vanuit de aandoening en het doel om de ware dingen te weten en wanneer hij ze gevonden heeft, dan verwerft hij zich de dingen die van het geloof zijn, vanuit de echte bron en dan worden ze hem uit het Goddelijke toegeëigend. Het zijn deze en eendere dingen waarover hier in de innerlijke zin wordt gehandeld; Egypte immers zijn die wetenschappelijke dingen; Jozef is het ware uit het Goddelijke, dus het ware vanuit het Woord.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl