De obras de Swedenborg

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #3200

Estudiar este pasaje

  
/ 10837  
  

3200. In deze beide verzen wordt de staat van het redelijk goede beschreven, wanneer het in de verwachting van het ware is, dat daarmee verbonden moet worden als een bruid met een echtgenoot. In de twee onmiddellijk erna volgende verzen, wordt de staat van het ware beschreven, wanneer het nabij is en het goede waarneemt, waarmee het verbonden moet worden. Maar men moet weten, dat deze staten niet in één keer ontstonden, maar voortdurend, het gehele leven van de Heer in de wereld door, totdat Hij verheerlijkt was.

Bij de wederverwekten is het evenzo gesteld, want zij worden niet opeens, in één keer wederverwekt, maar voortdurend, het gehele leven door, ook in het andere leven; want de mens kan nooit volmaakt worden.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

De obras de Swedenborg

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #3326

Estudiar este pasaje

  
/ 10837  
  

3326. Dat de woorden ‘Ezau zei: Zie, ik ga sterven’ betekenen, dat hij daarna zou wederopstaan, blijkt uit de uitbeelding van Ezau, namelijk het goede van het natuurlijke, waarover de nrs. 3302, 3322;

en uit de betekenis van sterven, namelijk het laatste van een staat, wanneer iets ophoudt te zijn, waarover de nrs. 2908, 2912, 2917, 2923;

en daar het einde van een vorige staat het begin is van een volgende, wordt hier door ‘gaan sterven’ het wederopstaan daarna aangeduid, iets dergelijks als door ‘begraven worden’ wordt aangeduid. Dat begraven worden betekent wederopstaan, zie de nrs. 2916, 2917, 3256.

Dat hij daarna weder op zou staan, wil zeggen, dat het goede de voorrang boven of de heerschappij over het ware zou verkrijgen, nadat het ware ten aanzien van de tijd schijnbaar de voorrang had gehad; zie hierover wat hiervoor is gezegd.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

De obras de Swedenborg

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #1824

Estudiar este pasaje

  
/ 10837  
  

1824. Dat de vaars de dingen betekent die uitbeeldingen zijn van de uiterlijk hemelse dingen, de geit de dingen die uitbeeldingen zijn van de innerlijke hemelse dingen en de ram de dingen die uitbeeldingen zijn van de geestelijk hemelse dingen, kan blijken uit de offers, waarover, door de Goddelijke barmhartigheid van de Heer, in hetgeen volgt, waar van de offerplechtigheden sprake is. Er zijn uiterlijk hemelse dingen en innerlijk hemelse dingen en verder hemels geestelijke dingen. De uiterlijk hemelse dingen zijn die, welke tot de uiterlijke mens behoren, de innerlijk hemelse dingen zijn die, die tot de innerlijke mens behoren, de geestelijk hemelse dingen zijn die, welke daaruit voorkomen. Het hemelse zelf is de liefde tot de Heer en de liefde jegens de naaste. Dit hemelse vloeit van de Heer in en wel door de innerlijke mens in de uiterlijke. In de innerlijke mens heet dit het innerlijk hemelse, in de uiterlijke mens het uiterlijk hemelse. Het uiterlijk hemelse is alle neiging tot het goede, zelfs is het ook alle wellust welke uit de neiging tot het goede voortkomt; voor zoveel zich in het een en in het ander, dat wil zeggen, in de neiging tot het goede en in de wellust daaruit, het goede van de liefde en van de naastenliefde bevindt, is het hemels en voor zoveel is het gelukzalig. Het geestelijk hemelse echter is alle neiging tot het ware, waarin de neiging tot het goede is of de neiging tot het ware, welke uit de neiging tot het goede verwekt wordt. Het is dus het geloof waarin de naastenliefde is, of het geloof dat vanuit de naastenliefde verwekt wordt.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl