4624. Wat echter de overeenstemming van de reukzin en vandaar van de neusvleugels met de Grootste Mens betreft, tot dat gebied behoren degenen die in de algemene doorvatting zijn, zodat zij ‘doorvattingen’ kunnen worden genoemd; met hen stemt de reuk en dus het orgaan ervan overeen; vandaar komt het eveneens dat ruiken, de lucht van iets krijgen, een scherpe speurzin hebben en eveneens een fijne neus hebben, in de gewone spreektaal, wordt gezegd van hen die met ingeving een zaak van nabij raken en eveneens van hen die doorvatten; de innerlijke dingen immers van de woorden van de spraak van de mens ontlenen verscheidene dingen aan de overeenstemming met de Grootste Mens; de oorzaak ervan is dat de mens ten aanzien van zijn geest in het gezelschap met geesten is en ten aanzien van het lichaam met mensen.