Biblija

 

Joël 2:16

Studija

       

16 Verzamelt het volk, heiligt de gemeente, vergadert de oudsten, verzamelt de kinderkens, en die de borsten zuigen; de bruidegom ga uit zijn binnenkamer, en de bruid uit haar slaapkamer.

Biblija

 

I Koningen 8:36

Studija

       

36 Hoor Gij dan in den hemel, en vergeef de zonde van Uw knechten en van Uw volk Israel, als Gij hun zult geleerd hebben den goeden weg in denwelken zij wandelen zullen; en geef regen op Uw land, dat Gij Uw volk tot een erfenis gegeven hebt.

Iz Swedenborgovih djela

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #3720

Proučite ovaj odlomak

  
/ 10837  
  

3720. Dat de woorden ‘dit is niets dan het huis Gods’ het rijk van de Heer betekenen in het laatste van de orde, blijkt uit de betekenis van het huis Gods. Op vele plaats wordt in het Woord het huis Gods vermeld en in de uiterlijke zin of volgens de letter betekent het een bedehuis, waar de heilige eredienst gehouden wordt; maar in de innerlijke zin betekent het de Kerk en in meer algemene zin de hemel en in de meest omvattende zin het rijk van de Heer; in de hoogste zin betekent het echter de Heer Zelf ten aanzien van het Goddelijk Menselijke. Maar in het Woord wordt nu eens Huis Gods en dan weer Tempel gezegd: beide betekenen hetzelfde, maar met dit verschil, dat Huis Gods gezegd wordt, daar waar over het goede wordt gehandeld, maar Tempel daar, waar over het ware wordt gehandeld. Hieruit blijkt duidelijk, dat door het Huis Gods, de hemelse Kerk van de Heer wordt aangeduid en in meer algemene zin de hemel van de hemelse engelen, in de meest omvattende zin het hemelse rijk van de Heer en in de hoogste zin de Heer ten aanzien van het Goddelijk Goede. En dat door de Tempel de geestelijke Kerk van de Heer wordt aangeduid en in meer algemene zin de hemel van de geestelijke engelen en in de meest omvattende zin het geestelijk rijk van de Heer en in de hoogste zin de Heer ten aanzien van het Goddelijk Ware, nr. 2048.

Dat het Huis Gods, het hemelse betekent, dat tot het goede behoort en de Tempel het geestelijke dat tot het ware behoort, komt omdat het huis in het Woord het goede betekent, zie de nrs. 710, 2233, 2234, 2559, 3128, 3652 en omdat het bij de Oudsten uit hout gebouwd werd, aangezien het hout het goede betekende, nrs. 643, 1110, 2784, 2812.

De tempel betekent echter het ware, omdat hij gebouwd werd uit stenen; en dat stenen waarheden zijn, zie de nrs. 643, 1296, 1298.

Dat hout en stenen dergelijke dingen betekenen, blijkt niet alleen uit het Woord, waar zij genoemd worden, maar ook uit de uitbeeldingen in het andere leven; want degenen die verdienste stellen in goede werken, komen zichzelf voor alsof zij hout zagen; en zij die verdienste stellen in waarheden, namelijk dat zij zichzelf boven anderen in waarheden onderlegd geloofden en evenwel boos leefden, komen zichzelf voor alsof zij stenen houwen; deze dingen heb ik vaak gezien. Hieruit kon het voor mij vaststaan, wat de betekenis van hout en steen is, namelijk dat die van hout het goede is en die van steen het ware. Eveneens ook hieruit, dat wanneer ik een houten huis zag, zich terstond de voorstelling van het goede voordeed en wanneer ik een stenen huis zag, zich de voorstelling van het ware voordeed. Daarover ben ik ook door de engelen onderwezen. Dit is de reden waarom, wanneer in het Woord melding wordt gemaakt van het Huis Gods, zich aan de engelen de voorstelling van het goede voordoet en wel van een dergelijk goede als waarover in dat verband gehandeld wordt en waarom, wanneer er van de Tempel melding wordt gemaakt, zich de voorstelling van het ware voordoet en wel van een dergelijk ware als waarover in dat verband gehandeld wordt. Hieruit kan men ook opmaken, hoe ver en diep binnenin de hemelse verborgenheden in het Woord verscholen liggen. Dat door het huis Gods hier het rijk van de Heer in het laatste van de orde wordt aangeduid, komt omdat over Jakob gehandeld wordt en dat door hem het Goddelijk Natuurlijke van de Heer wordt uitgebeeld, werd eerder herhaaldelijk aangetoond. Het natuurlijke ligt in het laagste van de orde, want daarin vinden alle meer innerlijke dingen hun grens en zijn daar tezamen; en omdat zij daar tezamen zijn en dus zo ontelbare dingen daar tezamen als één worden gezien, is het daar betrekkelijk duister; over het betrekkelijk duistere daar, werd eerder eveneens enige malen gehandeld.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl