21
Als die gingen, gingen deze; en als die stonden, stonden zij; en als die van de aardeopgeheven werden, werden de raderen tegenover hen opgeheven; want de geest der dieren was in de raderen.
23
En ik maakte mij op, en ging uit in de vallei, en ziet, de heerlijkheid des HEERENstond aldaar, gelijk de heerlijkheid, die ik gezien had bij de rivier Chebar; en ik viel op mijn aangezicht.