36
Hoor Gij dan in den hemel, en vergeef de zonde van Uw knechten en van Uw volk Israel, als Gij hun zult geleerd hebben den goeden weg in denwelken zij wandelen zullen; en geef regen op Uw land, dat Gij Uw volk tot een erfenisgegeven hebt.
31
"So let all your enemies perish, Yahweh, but let those who love him be as the sun when it rises forth in its strength." Then the land had rest forty years.