Studija
21 Ik haat, Ik versmaad uw feesten, en Ik mag uw verbods dagen niet rieken.
25 Daarom dat zij Mij verlaten, en anderen goden gerookt hebben, opdat zij Mij tot toorn verwekten met alle werken hunner handen; zo zal Mijn grimmigheid uitgegoten worden tegen deze plaats, en niet uitgeblust worden.