圣经文本

 

Ezechiël第26章

学习

   

1 En het gebeurde in het elfde jaar, op den eersten der maand, dat des HEEREN woord tot mij geschiedde, zeggende:

2 Mensenkind! daarom dat Tyrus van Jeruzalem gezegd heeft: Heah! zij is verbroken, de poort der volken; zij is tot mij omgewend; ik zal vervuld worden, zij is verwoest!

3 Daarom, alzo zegt de Heere Heere: Ziet, Ik wil aan u, o Tyrus! en Ik zal vele heidenen tegen u doen opkomen, alsof Ik de zee met haar golven deed opkomen.

4 Die zullen de muren van Tyrus verderven, en haar torens afbreken; ja, Ik zal haar stof van haar wegvagen, en zal haar tot een gladde steenrots maken.

5 Zij zal in het midden der zee zijn tot uitspreiding van netten; want Ik heb het gesproken, spreekt de Heere Heere; en zij zal den heidenen ten roof worden.

6 En haar dochteren, die in het veld zijn, zullen met het zwaard gedood worden; en zij zullen weten, dat Ik de HEERE ben.

7 Want alzo zegt de Heere Heere: Ziet, Ik zal Nebukadrezar, den koning van Babel, den koning der koningen, van het noorden, tegen Tyrus brengen, met paarden en met wagenen, en met ruiteren, en krijgs vergaderingen, en veel volks.

8 Hij zal uw dochteren op het veld met het zwaard doden, en hij zal sterkten tegen u maken, en een wal tegen u opwerpen, en rondassen tegen u opheffen.

9 En hij zal muurbrekers tegen uw muren stellen, en uw torens met zijn zwaarden afbreken.

10 Vanwege de menigte zijner paarden zal u derzelver stof bedekken; uw muren zullen beven vanwege het gedruis der ruiteren, en wielen, en wagenen, als hij door uw poorten zal intrekken, gelijk door de ingangen ener doorbrokene stad.

11 Hij zal met de hoeven zijner paarden al uw straten vertreden; uw volk zal hij met het zwaard doden, en elk een van de kolommen uwer sterkten zal ter aarde nederstorten.

12 En zij zullen uw vermogen roven, en uw koopmanswaren plunderen, en uw muren afbreken, en uw kostelijke huizen omwerpen; en uw stenen, en uw hout, en uw stof zullen zij in het midden der wateren werpen.

13 Zo zal Ik het gedeun uwer liederen doen ophouden, en het geklank uwer harpen zal niet meer gehoord worden.

14 Ja, Ik zal u maken tot een gladde steenrots; gij zult zijn tot uitspreiding der netten, gij zult niet meer gebouwd worden; want Ik, de HEERE, heb het gesproken, spreekt de HEERE HEERE.

15 Alzo zegt de Heere Heere tot Tyrus: Zullen niet de eilanden van het geluid uws vals beven, als de dodelijk verwonde zal kermen, wanneer men in het midden van u schrikkelijk zal moorden?

16 En alle vorsten der zee zullen afdalen van hun tronen, en hun mantels van zich doen, en hun gestikte klederen uittrekken; met sidderingen zullen zij bekleed worden, op de aarde zullen zij nederzitten, en te elken ogenblik sidderen, en over u ontzet zijn;

17 En zij zullen een klaaglied over u opheffen, en tot u zeggen: Hoe zijt gij uit de zeeen vergaan, gij welbewoonde, gij beroemde stad, die sterk geweest is ter zee, zij en haar inwoners; die hunlieder schrik gaven aan allen, die in haar woonden!

18 Nu zullen de eilanden sidderen ten dage uws vals; ja, de eilanden, die in de zee zijn, zullen beroerd worden vanwege uw uitgang.

19 Want alzo zegt de Heere Heere: Als Ik u zal stellen tot een verwoeste stad, gelijk de steden, die niet bewoond worden; als Ik een afgrond over u zal doen opkomen, en de grote wateren u zullen overdekken,

20 Dan zal Ik u doen nederdalen met degenen die in den kuil nederdalen tot het oude volk, en zal u doen nederliggen in de onderste plaatsen der aarde, in de woeste plaatsen, die van ouds geweest zijn, met degenen, die in den kuil nederdalen, opdat gij niet bewoond wordt; en Ik zal het sieraad herstellen in het land der levenden.

21 Maar u zal Ik tot een groten schrik stellen, en gij zult er niet meer zijn; als gij gezocht wordt, zo zult gij niet meer gevonden worden in eeuwigheid, spreekt de Heere Heere.

   

来自斯威登堡的著作

 

Apocalypse Revealed#285

学习本章节

  
/962  
  

285. We are told they "will reign upon the earth" because the earth here and elsewhere means the Lord's church in heaven and on earth. The church in both worlds is the Lord's kingdom. Therefore, lest anyone suppose that people who are redeemed by the Lord all become kings and priests who will reign upon the earth, it is important that we demonstrate from the Word that the earth or land symbolizes the church. This can be seen from the following passages:

Behold, the Lord makes the earth empty and makes (the earth) waste, and will overturn its surface... The land shall be entirely emptied... The (habitable) earth will mourn and... be turned upside down... The earth will be profaned under its inhabitants... Therefore a curse shall devour the earth... and... the inhabitants of the earth shall be burned, and few men will be left... ...in the midst of the land... it shall be like the stripping of an olive tree... ...the cataracts on high are opened, and the foundations of the earth are shaken. The earth is violently broken, the earth is utterly split open, the earth is shaken exceedingly. The earth reels to and fro like a drunkard... (Isaiah 24:1-23.)

[2] The lion has come up from his thicket... to make your land desolate... I beheld the earth (when) lo, it was empty and void... ...Jehovah has said, "The whole land shall be desolate... For this shall the earth mourn... (Jeremiah 4:7, 23-28)

How long will the land mourn...? The whole land is made desolate, because no one lays it to heart. (Jeremiah 12:4, 11-13)

The earth mourns and languishes, Lebanon is shamed and withered away. (Isaiah 33:9)

Its land shall become burning pitch...(and) it shall lie waste. (Isaiah 34:9-10)

...I have heard from the Lord... a destruction decreed upon the whole earth. (Isaiah 28:22)

Behold, the day of Jehovah comes... to lay the land desolate..., and the earth will be shaken out of its place... (Isaiah 13:9-13)

The earth shook and trembled, and the foundations of the mountains quaked... (Psalms 18:7)

...we will not fear when the earth is transformed... When He uttered His voice, the earth melted. (Psalms 46:2-3, 6, 8)

Have you not understood the foundations of the earth? (Isaiah 40:21)

O God, You have forsaken us... You have made the earth tremble...; heal its breaches, for it is shaken. (Psalms 60:1-2)

[3] The earth and all its inhabitants will melt away; I will firm up its pillars. (Psalms 75:3)

Woe to a land overshadowed by wings... Go, ...messengers, to... a nation... trodden down, whose land rivers have despoiled. (Isaiah 18:1-2)

By the wrath of Jehovah of Hosts the land is darkened... (Isaiah 9:19)

...you will be a delightful land... (Malachi 3:12)

...I have given You as a covenant of the people to restore the earth... Sing, O heavens! And exult, O earth! (Isaiah 49:8, 13)

I shall not see Yah... in the land of the living. (Isaiah 38:11)

...who caused terror in the land of the living. (Ezekiel 32:23-27)

I would not have believed I would see the goodness... in the land of life. (Psalms 27:13)

Blessed are the meek, for they shall inherit the earth. (Matthew 5:5)

I am Jehovah, who makes all things, who stretches out the heavens alone, who spreads out the earth by Myself. (Isaiah 44,24, cf. Zechariah 12:1, Jeremiah 10:11-13; 51:15, Psalm. 136:6)

Let the earth open, let them bring forth salvation... ...thus said Jehovah, who created the heavens..., who formed the earth... (Isaiah 45:8, 12, 18-19)

...behold, I create new heavens and a new earth... (Isaiah 65:17, cf. 66:22)

And in many other places as well, which, if I were to cite them, would fill a page.

[4] The earth or land symbolizes the church for the reason that it very often means the land of Canaan, which is where the church was. That is the heavenly Canaan. Moreover, when the earth or land is mentioned, angels, being spiritual, do not think of the earth or land, but of the human race dwelling upon it and its spiritual state; and its spiritual state is the state of the church.

The earth or land also has an opposite meaning, and in that sense it symbolizes damnation, since when the church is not present in a person, damnation is. The earth or land is mentioned in that sense in Isaiah 14:12; 21:9; 26:19, 21; 29:4; 47:1; 63:6, Lamentations 2:2, 10, Ezekiel 26:20; 32:24, Numbers 16:29-33; 26:10, and elsewhere.

  
/962  
  

Many thanks to the General Church of the New Jerusalem, and to Rev. N.B. Rogers, translator, for the permission to use this translation.