Из произведений Сведенборга

 

Hemel en Hel # 16

Изучить этот эпизод

  
/ 603  
  

16. Ik heb een paar keer met engelen over deze zaak gesproken, die hun verwondering erover uitspraken dat de mensen van de kerk niet wisten dat de Heer en de naaste liefhebben eruit bestaat het goede en het ware lief te hebben en dit te willen doen. Terwijl zij toch kunnen weten dat iemand zijn liefde betuigt door de dingen te willen en te doen die de ander wil; op deze manier wordt hij op zijn beurt liefgehad en verenigd met diegene die hij liefheeft, niet door hem lief te hebben zonder te doen wat hij wil, wat op zich niet liefhebben is. Ze zeiden ook dat men zou moeten weten dat het goede dat uit de Heer voortgaat een gelijkenis van Hem is, aangezien Hijzelf daarin aanwezig is, en dat diegenen die door middel van voornemen en doen het goede en het ware tot hoofdbestanddelen maken van hun leven, gelijkenissen van Hem worden en met Hem worden verenigd. ten slotte is willen, ergens van houden om te doen. Bovendien leert de Heer in het Woord dat dit zo is, door te zeggen: Wie mijn geboden heeft en ze bewaart, die is het, die Mij liefheeft... en Ik zal hem liefhebben... en bij hem wonen Johannes 14:21, 23). En elders: Indien gij mijn geboden bewaart, zult gij in mijn liefde blijven (Johannes 15:10, 12).

  
/ 603  
  

Thanks to the Swedenborg Boekhuis NL and Guus Janssens for their permission to use this translation.

Из произведений Сведенборга

 

Hemel en Hel # 136

Изучить этот эпизод

  
/ 603  
  

136. Evenals de mens hebben engelen een verstand en een wil. Het leven van hun verstand wordt gevormd door het licht van de hemel, omdat dat licht het Goddelijke Ware is en de daarvan afkomstige Goddelijke Wijsheid; en het leven van hun wil wordt gevormd door de warmte van de hemel, omdat die warmte het Goddelijke Goede is en de daarvan afkomstige Goddelijke Liefde. Het totale leven van de engelen komt uit warmte en niet vanuit licht, behalve voor zover daar warmte in aanwezig is. Dat leven afhankelijk is van warmte wordt bewezen door het feit dat wanneer warmte wordt weggenomen, het leven vergaat. Hetzelfde geldt ook voor geloof zonder liefde of voor het ware zonder het goede, omdat het ware dat het ware van het geloof wordt genoemd, licht is, en het goede dat het goede van liefde wordt genoemd, warmte is. Dit wordt duidelijker getoond door de warmte en het licht van de wereld, waarmee de warmte en het licht van de hemel overeenstemmen. Door de warmte van de wereld tezamen met licht, zoals in de lente en zomer, worden alle dingen op de aarde tot leven gebracht en tot groeien, maar door licht gescheiden van warmte wordt niets tot leven of tot groei gebracht, maar alles ligt verstijfd en sterft. Warmte en licht zijn 's winters niet verenigd; dan is er geen warmte terwijl het licht blijft. Vanwege deze overeenstemming wordt de hemel paradijs genoemd, aangezien het ware daar samengevoegd is met het goede, of geloof met liefde, zoals licht met warmte in de lente op de aarde. Dit bevestigt de waarheid duidelijker, zoals in het desbetreffende hoofdstuk uiteen is gezet (zie nr. 13-19), dat het Goddelijke van de Heer in de hemel liefde tot Hem is en liefde tot de naaste.

  
/ 603  
  

Thanks to the Swedenborg Boekhuis NL and Guus Janssens for their permission to use this translation.