Van Swedenborgs Werken

 

Hemel en Hel #597

Bestudeer deze passage

  
/ 603  
  

597. DE MENS IS IN VRIJHEID DOOR HET EVENWICHT TUSSEN DE HEMEL EN DEHEL

Bovenwerd het evenwicht tussen hemel en hel behandeld en werd aangetoond dat dit evenwicht een evenwicht is tussen het goede uit de hemel en het kwade uit de hel, zodat het een geestelijk evenwicht is dat in wezen vrijheid is. Dat geestelijk evenwicht in zijn wezen vrijheid is, komt omdat het bestaat tussen goed en kwaad en tussen waarheid en valsheid, en deze dingen zijn geestelijk. Daarom is de macht om het goede of kwade te willen en het ware of valse te denken en het een boven het ander uit te kiezen de vrijheid waarover nu gehandeld wordt. Deze vrijheid wordt door de Heer aan iedere mens gegeven en nooit afgenomen. Zij is inderdaad door haar oorsprong niet van de mens, maar van de Heer, want zij komt van Hem. Niettemin wordt zij aan de mens met het leven gegeven als zijn eigendom, en wel opdat hij hervormd en gered mag worden, want zonder vrijheid is er geen hervorming en redding. Iedereen kan door een zekere redelijke intuïtie zien dat de vrije mens het in zijn macht heeft goed of kwaad te doen, oprecht of onoprecht, rechtvaardig of onrechtvaardig te denken, en ook dat hij goed, oprecht en rechtvaardig kan spreken en doen, maar niet kwaad, onoprecht of onrechtvaardig door de geestelijke, zedelijke en burgerlijke wetten waardoor zijn uiterlijk in banden gehouden wordt. Hieruit blijkt dat de menselijke geest, wat datgene is wat denkt en wil, in vrijheid is, maar niet de uiterlijke mens die spreekt en handelt, tenzij het strookt met bovengenoemde wetten.

  
/ 603  
  

Thanks to the Swedenborg Boekhuis NL and Guus Janssens for their permission to use this translation.

Van Swedenborgs Werken

 

Leer Over De Heer #61

Bestudeer deze passage

  
/ 65  
  

61. Dat deze dingen over de Heer nu pas bekend zijn gemaakt, is, omdat het is voorzegd in de: (Apocalyps hoofdstuk 21 en 22), dat een nieuwe Kerk aan het einde van de vorige uit de Heer moet worden gesticht, waarin dit het belangrijkste zal zijn. Deze Kerk is het die onder Nova Hierosolyma daar wordt verstaan, waarin niemand kan binnengaan die niet de allene Heer voor de God van hemel en aarde erkent. En dit kan ik nu aankondigen, dat de algehele hemel de Heer alleen erkent, en dat hij die dit niet erkent, niet in de hemel wordt toegelaten: de hemel is immers de hemel vanuit de Heer. Die erkenning zelf vanuit de liefde en het geloof, maakt dat zij daar zijn in de Heer en de Heer in hen, zoals de Heer Zelf leert bij Johannes: 'In die dag zult gij bekennen, dat Ik in Mijn Vader, en gij in Mij en Ik in u', (Johannes 14:20); voorts bij dezelfde: 'Blijft in Mij, ook Ik in u: Ik, de Wijnstok, gij de ranken; die blijft in Mij en Ik in hem, deze draagt veel vrucht, want zonder Mij kunt gij niet wat ook doen: zo iemand niet gebleven zal zijn in Mij, die is buiten uitgeworpen', (Johannes 15:4-5, 6; 17:22-23). Dat dit niet eerder vanuit het Woord is gezien, is omdat het, indien het eerder was gezien, nochtans niet zou zijn aanvaard. Het Laatste Gericht immers was nog niet voltrokken, en daarvóór overmocht de macht van de hel de macht van de hemel, en de mens is in het midden tussen hemel en hel. Daarom zou, als het eerder gezien was geweest, de duivel, dat wil zeggen, de hel, dit hebben weggerukt vanuit hun harten en bovendien dit hebben ontwijd. Deze staat van macht van de hel is volslagen gebroken door het Laatste Gericht, wat nu is voltrokken. Nadien, dus nu, kan elk mens die wil, verlicht worden en wijs zijn. Over deze zaak zie men de dingen die geschreven zijn in het werk: (Hemel En Hel 589-603); eveneens in het werk: (Over het Laatste Gericht 65-74). Onder Nova Hierosolyma [het Nieuwe Jeruzalem] in de Apocalyps wordt verstaan: de Nieuwe Kerk.

  
/ 65  
  

Published by Swedenborg Boekhuis.