Van Swedenborgs Werken

 

Hemelse Verborgenheden in Genesis en Exodus #1055

Bestudeer deze passage

  
/ 10837  
  

1055. Dat de woorden ‘om te gedenken aan het eeuwig verbond’ betekenen, opdat de Heer bij hem tegenwoordig kan zijn in de naastenliefde, blijkt uit hetgeen over de betekenis van het verbond boven gezegd en aangetoond is, namelijk dat geen ander verbond eeuwig is, dan de liefde tot de Heer en de liefde jegens de naaste; dat verbond is eeuwig, daar het van eeuwigheid tot eeuwigheid is. De gehele hemel, ja de hele natuur berust op liefde, want in de natuur bestaat hoegenaamd niets met de een of andere vereniging of verbinding, dat zijn oorsprong niet ontleent aan de liefde, of het nu bezield dan wel onbezield is, want al het natuurlijke ontstaat uit het geestelijke, en het geestelijke uit het hemelse, zoals boven gezegd is; vandaar is in alles en in elk ding afzonderlijk liefde of iets dat aan de liefde gelijk is, geplant; alleen bij de mens is geen liefde, maar het tegenovergestelde, daar de mens de orde van de natuur in zichzelf vernietigd heeft; wanneer hij echter wedergeboren, of wederom in de orde hersteld kan worden, en de wederkerige liefde ontvangen, vindt het verbond of de verbinding door middel van de naastenliefde plaats, waarvan hier sprake is.

  
/ 10837  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, van 2012 t/m 2021 op www.swedenborg.nl

Commentaar

 

Orde en stoornis

Door Julian Duckworth, Joe David (machine vertaald in Nederlands)

Four Mandalas

De vestiging van een orde binnen de schepping loopt door de hele goddelijke activiteit. Er zijn vele ordelijke wetten van de voorzienigheid waarmee het Goddelijke alle dingen regeert en die het Goddelijke niet kan overtreden.

Als je naar het universum kijkt, dat zoveel sterren en sterrenstelsels bevat, dat het zich tot nu toe uitstrekt, en dat zoveel duurzame energie bevat, dan kun je de overweldigende orde voelen die het mogelijk maakt om te voorzien in zonnestelsels en planeten die zeker andere plaatsen voorzien van leven om te gedijen.

Als je een beetje leert over de fysica van de materie, waar wetenschappers bouwstenen van grotere deeltjes blijven postuleren en de verschillende krachten die ze op korte afstanden binden of over astronomische afstanden opereren, zie je niet alleen een verbijsterende complexiteit, maar ook een serene orde die alles in stand houdt zoals het hoort en dat al miljarden jaren doet.

Deze orde komt van God, de schepper. Zijn oneindige Goddelijke liefde, zoals die wordt gefinancieerd en gesublimeerd, is het enige echte, het enige dat op zichzelf bestaat. Al het andere, tijd en ruimte, elementen en fysieke materie, levende wezens en menselijk bewustzijn, alle natuurlijke en spirituele entiteiten komen van Hem. Dit vloeien als het ware naar beneden is de orde die bestaat, en het is dominant.

De orde van de Heer houdt zich niet alleen bezig met de natuurlijke schepping, maar ook met het geestelijk welzijn van de mensheid. De mensheid is anders dan alle andere levende wezens omdat alle andere levende wezens alleen kunnen leven in de volgorde waarin ze zijn geschapen, terwijl mensen kunnen afwijken van hun volgorde omdat ze vrij zijn.

De korte vorm van de orde voor de mensheid is om "de Heer lief te hebben met heel het hart... en uw naaste als uzelf." Geestelijk gezien deden de mensen dat totdat ze van de parabolische verboden boom in de Hof van Eden aten. Vanaf dat moment begonnen we voor onszelf te beslissen wat goed en wat kwaad is, in plaats van te vertrouwen op wat de Heer heeft gezegd. Naarmate deze beslissingen zich vermenigvuldigden, keerden we ons meer en meer naar onszelf en van de Heer af, en deze erfelijkheid werd generatie na generatie doorgegeven, en werd langzaam maar zeker erger. Orde werd vervangen door wanorde.

Uiteindelijk werd onze erfelijkheid op de kop gezet, zodat de orde van onze liefdes volledig achterwaarts is, en we zijn nu geboren met de wil om onszelf lief te hebben in plaats van de Heer en onze naaste. Maar omdat we een rationele geest hebben, kunnen we geleerd en getraind worden om onze geest weer op de juiste plaats te zetten, een liefde voor de Heer en de naaste voor de liefde van het zelf en de wereld, en onszelf weer in orde te brengen.

(Referenties: Beknopte Uiteenzetting vd Leer van de Nieuwe Kerk 52; Hemelse Verborgenheden 1055, 1475, 4839 [2], 8513, 9736, 10659 [4]; Gods Voorzienigheid 279 [5]; Hemel En Hel 315, 523; Ware Christelijke Religie 53, 54)