Goddelijke Voorzienigheid #295

Door Emanuel Swedenborg

Bestudeer deze passage

  
/ 340  
  

295. 2. De bozen brengen zichzelf aanhoudend in de boze dingen, maar de Heer leidt hen aanhoudend weg uit de boze dingen.

Hoedanig de Goddelijke Voorzienigheid is bij de goeden, wordt gemakkelijker begrepen dan hoedanig zij is bij de bozen. Omdat nu hierover wordt gehandeld, zal het in deze reeks worden gezegd:

1. Dat er ontelbare dingen zijn in elk boze.

2. Dat de boze mens vanuit zich zichzelf aanhoudend dieper in zijn boze dingen brengt.

3. Dat de Goddelijke Voorzienigheid met de bozen een aanhoudende toelating van het boze is, te dien einde dat er aanhoudende wegleiding is.

4. Dat de wegleiding uit het boze plaatsvindt op duizend wijzen, ook op de meest verborgen, door de Heer.

  
/ 340  
  

Nederlandse vertaling door Henk Weevers. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, 2017, op www.swedenborg.nl