Coronis - Aanhangsel tot Ware Christelijke Religie #17

Door Emanuel Swedenborg

Bestudeer deze passage

  
/ 60  
  

17. Het is bekend, dat er, opdat iets volmaakt zij, een DRIEVULDIGE zal zijn in de juiste orde, het ene onder het andere, en een bemiddelende gemeenschap, en dat dit drievuldige één maakt; niet anders dan een zuil, waar bovenop het kapiteel is, daaronder de langwerpige lijst, en onderaan het voetstuk. Een zodanig drievuldige is de mens; het bovenste van hem is het hoofd, het middelste van hem is het lichaam, en het laagste van hem zijn de voeten en de voetzolen. Elk koninkrijk bootst hierin de mens na; daar zal een koning zijn als hoofd, verder oversten en ambtenaren als lichaam, en boeren met knechten als voeten met voetzolen: eender in de Kerk: een gekroonde primaat, voorgangers der gemeente, en onder hen de bedienaren. De wereld zelf kan evenmin voortbestaan, tenzij er drie dingen in orde op elkander volgen, zijnde morgen, middag en avond; alsmede jaarlijks lente, zomer en herfst; de lente opdat de zaden gezaaid worden, de zomer opdat zij uitspruiten, en de herfst opdat zij vruchten voortbrengen; de nacht echter en de winter dragen niet bij tot de bestendiging der wereld. Omdat nu elk volmaakte een drievuldige zal zijn, opdat het één zij, in samenhang gehouden, bestaat derhalve en blijft de ene en de andere wereld, zowel de geestelijke als de natuurlijke, bestaan vanuit drie atmosferen of elementen; van deze omgeeft de eerste de zon het dicht nabij, en wordt aura genoemd, de tweede is onder deze, en wordt ether genoemd; en de derde is onder gene, en wordt lucht genoemd; deze drie atmosferen zijn in de natuurlijke wereld natuurlijk, in zichzelf passief, omdat zij voortgaan vanuit de zon die louter vuur is; doch de drie daarmede overeenstemmende atmosferen in de geestelijke wereld zijn geestelijk, in zichzelf actief, omdat zij voortgaan vanuit de Zon die louter liefde is. De engelen van de hemelen wonen in de gebieden van deze drie atmosferen; de engelen van de hoogste hemel in de hemelse aura, welke het dichtst nabij de Zon omgeeft, waar de Heer is; de engelen van de middelste hemel in de geestelijke ether daaronder; en de engelen van de laagste hemel in de geestelijk-natuurlijke lucht onder gene twee; aldus zijn alle hemelen vastgesteld, van de eersten tot deze laatsten, welke heden ten dage door de Heer wordt gesticht. Hieruit kan men opmerken vanwaar het is, dat het Woord met drie het volledige wordt aangeduid (men zie de Apocalyps Onthuld, n. 507, 875).

  
/ 60  
  

Nederlandse vertaling door Anton Zelling. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, 2001, op www.swedenborg.nl