1384. Wat de eerste soort betreft, die de engelen eigen is, en daarin bestaat, dat zij innerlijk gewaarworden, wat waar en goed is, en gewaarworden wat van de Heer komt, en wat van henzelf, en verder ook van waar en hoedanig datgene is wat zij denken, spreken en doen, wanneer het uit henzelf komt. Het werd mij gegeven met de zonen van de Oudste Kerk te spreken over hun innerlijke gewaarwording; zij zeiden dat zij niets uit zichzelf denken of denken kunnen, en niets uit zichzelf willen, maar dat zij bij alles, wat zij in het algemeen en in het bijzonder denken en willen en gewaarworden, wat van de Heer en wat van elders komt, en dat zij niet alleen gewaarworden, hoeveel van de Heer en hoeveel als van henzelf komt, maar ook, wanneer iets als van henzelf komt, waar het dan vandaan komt, van welke engelen, en verder van welke aard die engelen zijn, van welke aard hun gedachten, met alle verscheidenheid, en zo dus welke invloed het is, en ontelbare andere dingen meer. De innerlijke gewaarwording van deze soort zijn van een grote verscheidenheid; bij de hemelse engelen, die in de liefde tot de Heer zijn, bestaat een innerlijke gewaarwording van het goede en vandaar van al wat tot het ware behoort, en omdat zij uit het goede het ware gewaarworden, laten zij niet toe dat er gesproken, nog minder dat er geredeneerd wordt over het ware, maar zij zeggen: zo is het of zo is het niet. De geestelijke engelen echter, die ook innerlijke gewaarwording hebben, maar niet van dien aard als de hemelse engelen, spreken over het ware en het goede; niettemin worden zij het ware en het goede gewaar, maar met onderscheid, want de verscheidenheden van deze innerlijke gewaarwording zijn ontelbaar. De verscheidenheden rusten hierop, dat zij gewaarworden of iets komt van de wil van de Heer, of dat Hij het vergunt, of dat Hij het toelaat, waartussen een scherp onderscheid ligt.

10154. 'And I will be their God' means the Lord's presence and His influx into truth in the Church. This is clear from the meaning of 'being their God' as the Lord's presence and His influx into truth - into truth because in the Old Testament Word the Lord is called God where truth is the subject, but Jehovah where good is the subject. This also goes to explain why angels are called gods, because they are recipients of Divine Truth from the Lord, and in addition why in the original language the plural word Elohim is used to denote God; for truths are many but good is one, Matthew 19:16-17.

The Lord is called God where truth is the subject but Jehovah where good is the subject, see 2586, 2769, 2807, 2822, 3921, 4287, 4402, 7010, 9167.

Angels are called gods, because they are recipients of Divine Truth from the Lord, 4295, 4402, 7268, 7873, 8192, 8302, 8867, 8941.

In the Word Jehovah means the Lord, see the places referred to in 9373; and in Isaiah He is called explicitly 'Father from eternity' and also 'God',

To us a Boy is born, to us a Son is given, and the government will be upon His shoulder; His name is called, God, Hero, Father of Eternity, Prince of peace. Isaiah 9:6.

And in the same prophet,

A virgin will conceive and bear [a son], and His name will be called Immanuel, that is, God with us. Isaiah 7:14; Matthew 1:23.

The meaning of the words here 'I will be their God' as the Lord's presence and His influx into truth is also evident from the fact that 'I will dwell in the midst of the children of Israel' means the Lord's presence and His influx through good. For wherever good is the subject in the Word, so too is truth, on account of the heavenly marriage, which is that of goodness and truth, in every single part of the Word, see the places referred to in 9263, 9314.