4300. En de zon rees hem op; dat dit de verbinding van de goede dingen betekent, staat vast uit de betekenis van het verrijzen van de zon, namelijk de verbinding van de goede dingen; dat door het opgaan van de dageraad wordt aangeduid dat de verbinding nabij is of aanvangt, zie nr. 4283; hieruit volgt dat het verrijzen van de zon de verbinding zelf is; want de zon betekent in de innerlijke zin de hemelse liefde, nrs. 1529, 1530, 2441, 2495, 3636, 3643, 4060; dus de goede dingen, want deze zijn van die liefde; wanneer de hemelse liefde zich bij de mens openbaart, dat wil zeggen, wanneer zij wordt bemerkt, dan wordt er gezegd dat de zon hem verrijst, want dan worden de goede dingen van die liefde met hem verbonden.

7407. 'And the frogs died out of the houses, out of the courtyards, and out of the fields' means that with those people reasonings arising from utter falsities, wherever they were present in the natural, came to an end. This is clear from the meaning of 'dying' as coming to an end; from the meaning of 'the frogs' as reasonings arising from utter falsities, dealt with above; from the meaning of 'the houses' as parts of the natural mind, dealt with above in 7397, at this point interior parts within it; from the meaning of 'the courtyards' as exterior parts of the natural mind (the natural has an interior and an exterior, see 3293, 3294, 4570, 5118, 5497, 5649); and from the meaning of 'the fields' as the more general and so even more exterior parts, since the fields are outside the houses and courtyards. Thus 'the frogs died out of the houses, out of the courtyards, and out of the fields' means that reasonings arising from utter falsities, wherever they existed in the natural, came to an end.