190. De huizen, waarin de engelen wonen, worden niet als de huizen op aarde gebouwd, maar hen om niet door de Heer geschonken, een ieder naar de mate van zijn opneming van het goede en ware; ook veranderen zij enigszins naarmate de veranderingen van staat van het innerlijk van de engelen (zie nr. 154-160). lles wat de engelen ooit bezitten, erkennen zij van de Heer ontvangen te hebben en alles, wat zij ook behoeven, wordt hen geschonken.