332. En de zon werd zwart evenals een haren zak en de maan werd evenals bloed, betekent dat bij hen al het goede van de liefde geschonden en al het ware van het geloof vervalst was.

Dat met de Zon de Heer wordt aangeduid ten aanzien van de Goddelijke Liefde en vandaar het goede van de liefde uit Hem en in de tegengestelde zin het Goddelijke van de Heer ontkend en vandaar het goede van de liefde geschonden, zie nr. 53; en omdat de Zon het goede van de liefde betekent, betekent vandaar de maan het Ware van het geloof; de zon immers is rood vanwege het vuur en de maan is blank vanwege het licht uit de zon; en het vuur betekent het goede van de liefde en het licht het ware vanuit dat goede; ten aanzien van de maan, zie ook eerder in nr. 53.

Dat van de zon wordt gezegd dat zij zwart werd zoals een haren zak, is omdat het geschonden goede in zich het boze is en het boze is zwart; dat van de maan wordt gezegd dat zij werd zoals bloed, is omdat het bloed het Goddelijk Ware betekent en in de tegengestelde zin het vervalste Goddelijk Ware, zie de nrs. 379, 684.

Ten aanzien van de zon en de maan wordt bijna iets eenders gezegd bij Joël:

‘De zon zal verkeerd worden in duisternis en de maan in bloed, eer dat de grote en vreselijke dag van Jehovah komt’, (Joël 2:31).